Stilgehouden.nl

Audio-opnamen van de Welshe woorden in 'Cadi & the Cursed Oak'

Audio-opnamen van de Welshe woorden in 'Cadi & the Cursed Oak'

Bron

illustratie door Elin Manon

Ik ben veel dank verschuldigd aan dr. Iwan Wyn Rees, hoofddocent en directeur van het Cardiff Centre for Welsh American Studies, gevestigd in de School of Welsh aan de Cardiff University, dat dient ter bevordering van de studie van de cultuur, taal, literatuur en geschiedenis van de Welsh in Amerika.

Eerst hebben we Iwan ingehuurd om uitspraken te doen voor elk van de Welshe woorden in "Cadi & the Cursed Oak", en hij gebruikte het International Phonetic Alphabet (IPA). Het was perfect, behalve dat we bang waren dat kinderen het misschien niet zouden begrijpen. Maar vereenvoudigde uitspraakgidsen zijn lastig. Er is veel ruimte voor interpretatie en kritiek, waarbij ook rekening moet worden gehouden met regionale dialecten. Maar Iwan, die een jonge dochter heeft, begreep het. En ondanks de drukte van de feestdagen maakte hij er een voor het boek. Hier is het verschil:

Yr Hen Ardd (De oude tuin)

IPA: r heːn arð

vereenvoudigd: uhrr hain arrthe

Hij zorgde ook voor een prachtig gedetailleerde uitspraakgids op maat van het boek, waar we helaas geen ruimte voor hadden – maar het is aan het einde van dit bericht opgenomen.

Vervolgens hebben we Iwan ingehuurd om op te nemen dat hij elk van de woorden uitsprak. Die opnamen vind je hieronder. Druk eenvoudig op play op het audiobestand onder elk woord. Als er twee audiobestanden zijn, wordt u getrakteerd op een andere uitspraak in het lokale dialect.

Genieten!

— Kara Gebhart Uhl

Aran Fawddwy (AHRR-anne VOWTHE-ui): bergtop in het zuiden van Snowdonia, Noord-Wales

Aran Benllyn (AHRR-anne BEN-ttlin): bergtop in het zuiden van Snowdonia, Noord-Wales

ASGRE LÂN DIOGEL EI PHERCHEN (ASK-rreh larne DEEOGG-elle ee FAIRRchenne): een goed geweten is het beste schild

Cader Idris (CAH-derr ID-riss): een lange bergrug in het zuiden van Snowdonia

Ceubren yr Ellyll (KAY-brren uhrr ETTLittl): de holle eik van de demon

Coed y Brenin (koyd uh BRREN-in): een bos bij Dolgellau, in Snowdonia National Park

Coed y Moch Lodge (koyd uh mawch): gebouwd in 1830 op het landgoed Nannau door Sir Robert Williams Vaughan, tweede Bart, die erop stond dat de dinergasten op tijd arriveerden. De lodge was zes minuten rijden van Nannau, vandaar dat de klok permanent zes minuten voor vijf stond.

Coraniaid (korr-ANNE-yighed): magische en kwaadaardige wezens uit de Welshe mythologie met een scherp gehoor

cwtsh (kootch, zo kort als in 'kok'): knuffel

cyfarwyddiaid (kuv-ahrr-OOWITH-yighed, met 'th' zoals in 'the'): verhalenvertellers

Dolgellau (pop-GGETTL-aye): een klein stadje in het noordwesten van Wales

geol (GGEH-aul): gevangenis

goujons (GOOJ-onz, met 'j' zoals in het Franse 'je' of 'Jean'): gepaneerde kip-tenders

gormesoedd (ggorr-MESS-oythe): onderdrukking of plagen

Lle gwreiddio y Fesen, Llwydded y Dderwen (ttlair GGOORRAYTHE-yaw uh VACE-enn TTLUITHE-ed uh THEIRR-wenn): de eik kan slagen waar de eikel wortel schiet

Nannau (NANN-aye): een landgoed in de buurt van Dogellau, ooit de thuisbasis van de Nannau-eik

Owain Glyndŵr (OWE-ine gglin-DOORR): (1354-1416), kwam in opstand tegen de Engelse overheersing; beschouwd als de vader van het Welshe nationalisme

Het verhaal van Lludd (ttleethe) …

… en Llefelys (ttleh-VELLE-is): …

… een van de vele Welshe prozaverhalen van rond de 11e eeuw, gevonden in het “Rode Boek van Hergest (HERR-guest)” …

… en in fragmentarische vorm in het “Witboek van Rhydderch (HRRUHTHE-errch),” …

… en vertaald en gepubliceerd door Lady Charlotte Guest in een serie genaamd "The Mabinogion (mab-in-OGG-yon)", gepubliceerd tussen 1838 en 1849

jr hen a ŵyr a'r ieuanc a dybia (uhrr hain ah ooirr ahrr YAY-ank ah DUB-jah): de oude bekende en de jonge verdachte

Yr Hen Ardd (uhrr hain arrthe): The Old Garden

Uitspraakgids

De volgende richtlijnen zijn geenszins allesomvattend, maar hebben veeleer betrekking op woorden in het Welsh die in het verhaal voorkomen.

Merk op dat de nadruk (of woordklemtoon) wordt gelegd op de voorlaatste lettergreep (dwz de voorlaatste) in alle woorden die uit meer dan één lettergreep bestaan, bijv. CÁD-er (niet cad-ÉR), BRÉN-in (niet bren-ÍN ) en Dol-GÉLL-au (niet DÓL-gell-au of Dol-gell-ÁU).

klinkers

a – zoals in het Engelse 'man' in alle posities, bijv. ardd /arð/ 'garden' en Aran /ˈaran/, het eerste element in Aran Fawddwy en Aran Benllyn (twee bergtoppen).

â – verlengde 'a' vergelijkbaar met de Engelse klinker in 'art', bijv. glân /glaːn/ 'clean'. Een gemuteerde vorm van glân wordt gevonden in het spreekwoord Asgre lân diogel ei pherchen.

e – zoals in het Engels 'net' of 'edit' vaak, bijv. Dolgellau /dɔlˈgɛɬaɨ/ en Cader /ˈkadɛr/.

ê / e – vergelijkbaar met de Engelse klinker in 'fair' (maar dichter bij de kwaliteit van 'fay' in de meeste dialecten, hoewel nooit gediftongeerd tot /ei/). Het is altijd deze lange klinker die we aantreffen in hen /heːn/ old, bijv. Yr Hen Ardd.

i – zoals in de Engelse klinker in 'pin', bijv. Idris /ˈidris/ en /ˈbrɛnin/. Het wordt soms ook uitgesproken als een semi-medeklinker, zoals in de beginklank van het Engelse ja, bijv. ieuanc /ˈjeɨaŋk/ 'young' en gwreiddio /ˈgwreiðjo/ 'to root' / conjunctieve vorm van 'to root'.

o – zoals in het Engels vaak 'hot' of 'knock', bijv. Dolgellau /dɔlˈgɛɬaɨ/ en gormesoedd /gɔrˈmɛsoɨð/ 'onderdrukkingen'.

ô / o – vergelijkbaar met de Engelse klinker in 'law' (maar dichter bij de kwaliteit van 'low' in de meeste dialecten, hoewel nooit diftongized naar /ou/). Het is altijd deze lange klinker die we aantreffen in moch /moːχ/ 'varkens', bv Coed y Moch.

u – uitgesproken als 'i' zoals in het Engels 'pin' in Zuid-Wales, maar met de gecentraliseerde klinker /ɨ/ in het noorden van het land. Het komt in de tekst voor als een tweede element van tweeklanken, bijv. ieuanc /ˈjeɨaŋk/ 'jong' en /dɔlˈgɛɬaɨ/.

û / u – uitgesproken als 'ee' zoals in het Engels 'tree' in Zuid-Wales, maar met de gecentraliseerde klinker /ɨː/ in het noorden van het land. Het verschijnt in de tekst in de persoonlijke naam Lludd /ɬɨːð/.

w – zoals in de Engelse klinker van 'put' in cwtsh / kʊt͡ʃ/ 'hug'. Het wordt soms ook uitgesproken als een semi-medeklinker, zoals in het begingeluid van de Engelse bron, bijv. dderwen /ˈðɛrwɛn/ (gemuteerde vorm van derwen) 'eik (boom)' en gwreiddio /ˈgwreiðjo/ 'to root' / conjunctiefvorm van 'wortelen'.

ŵ / w – zoals in de Engelse klinker van 'zoo'. In deze tekst wordt het alleen gevonden in het werkwoord ŵyr /u:ɨr/ (gemuteerde vorm van gŵyr) 'know(s)' als een eerste element van een tweeklank.

y – uitgesproken als 'i' zoals in het Engels 'pin' in Zuid-Wales, maar met de gecentraliseerde klinker /ɨ/ in Noord-Wales in laatste (onbeklemtoonde) lettergrepen, bijv. Penllyn /ˈpɛnɬɨn/ (plaatsnaam), Llefelys /ˈɬɛvɛlɨs/ (persoonlijk naam) en ellyll /ˈɛɬɨɬ/ 'demon'. Dit is ook meestal het geval in eenlettergrepige; in sommige veelgebruikte monosyllabische functiewoorden, bijv. de lidwoorden y en yr 'the', wordt het echter uitgesproken als in het Engels 'but' (met de schwa-klinker), bijv. y dderwen /ə ˈðɛrwɛn/ 'the oak (tree)' en jr ellyll / r ˈɛɬɨɬ / 'de demon'. In niet-laatste lettergrepen van woorden met meer dan één lettergreep vinden we in deze contexten ook de sjwa-klinker, bijv. dybia /ˈdəbja/ (gemuteerde vorm van het werkwoord tybia) 'verdacht' en cyfarwydd /kəvˈaruɨð/ 'verhalenverteller'.

tweeklanken

wy – vergelijkbaar met het Engelse 'fluid' (hoewel beide elementen in dezelfde lettergreep voorkomen). In Noord-Wales vinden we de gecentraliseerde klinker /ɨ/ in plaats van /i/ als laatste element, bijvoorbeeld Aran Fawddwy /ˈvauðuɨ/ en cyfarwydd /kəvˈaruɨð/ 'verhalenverteller'.

eu – vergelijkbaar met de Engelse 'way' (met de gecentraliseerde klinker /ɨ/ in plaats van /i/ als het laatste element in Noord-Wales), bijv. ceubren /ˈkeɨbrɛn/ 'hollow oak' en ieuanc /ˈjeɨaŋk/ 'young'.

ei – vergelijkbaar met de Engelse 'way' in heel Wales, bijv. gwreiddio /ˈgwreiðjo/ 'to root' / conjunctieve vorm van 'to root'.

oe – zoals in het Engelse 'speelgoed' (met de gecentraliseerde klinker /ɨ/ in plaats van /i/ als het laatste element in Noord-Wales), bijv. coed /koːɨd/ 'trees' en gormesoedd /gɔrˈmɛsoɨð/ 'onderdrukkingen'. Merk op dat het eerste element lang is in noordelijke monolettergrepen, in tegenstelling tot /koid/, dat varieert met /koːd/, in Zuid-Wales voor coed.

au – zoals in het Engels 'light' of 'my' (met de gecentraliseerde klinker /ɨ/ in plaats van /i/ als het laatste element in Noord-Wales), bijv. Dolgellau /dɔlˈgɛɬaɨ/.

aw – zoals in het Engels 'nu' of 'uil', bijvoorbeeld Aran Fawddwy /ˈvauðuɨ/ (gemuteerde vorm van Mawddwy).

medeklinkers

De volgende medeklinkers worden meestal op dezelfde manier uitgesproken in zowel het Welsh als het Engels: b, d, h, l, m, n, p, ph, s en t. De volgende lijst vestigt daarom de aandacht op enkele van de verschillen tussen de twee talen.

c – altijd moeilijk zoals in 'cat', bijv. Cader /ˈkadɛr/ en cwtsh /kʊt͡ʃ/ 'hug'.

ch – zoals in het Schotse 'loch', bijv. moch /moːχ/ 'pigs' in Coed y Moch.

dd – altijd uitgesproken als de eerste klank van het Engelse 'the' en 'then', bijv. y dderwen /ə ˈðɛrwɛn/ 'the oak (tree)' en cyfarwydd /kəvˈaruɨð/ 'storyteller'.

f – komt altijd overeen met de Engelse 'v' zoals in 'van', bijv. y fesen /ə ˈvesɛn/ 'de eikel'

ff – altijd uitgesproken als de eerste klank van het Engelse 'farm' of 'free'. In tegenstelling tot het Engels worden de klanken van f en ff in het Welsh altijd gescheiden gehouden (zie f hierboven).

g – altijd moeilijk zoals in 'poort', bijv. gormesoedd /gɔrˈmɛsoɨð/ 'onderdrukkingen' en Dolgellau /dɔlˈgɛɬaɨ/.

ll – een typologisch zeldzaam geluid dat in alle varianten van het Welsh opduikt. Wanneer moedertaalsprekers ll /ɬ/ en l /l/ uitspreken, bevinden de lippen en de voorkant van de tong zich over het algemeen in beide gevallen in een vergelijkbare positie. Om ll uit te spreken, wordt leerlingen echter vaak geadviseerd om lucht rond de zijkanten van de tong te blazen. Het dichtstbijzijnde geluid in het Engels is te horen wanneer 't' wordt gevolgd door 'l', bijvoorbeeld 'little' of 'kettle', maar zelfs dit nogal vreemde geluid is niet identiek aan de Welshe ll. Voorbeelden van ll uit de tekst zijn Llefelys /ˈɬɛvɛlɨs/ (persoonlijke naam) en ellyll /ˈɛɬɨɬ/ 'demon'.

r – moedertaalsprekers van het Welsh rollen regelmatig hun rs. Dit omvat het trillen van de tong om een triller of een tik te produceren. Deze r-klank wordt niet gedempt na een klinker (zoals vaak het geval is in Engelse varianten in Wales), bijvoorbeeld in ardd /arð/ 'garden'.

th – altijd uitgesproken als de eerste klank van het Engelse 'thanks' of 'through'. In tegenstelling tot het Engels worden de klanken van th en dd in het Welsh altijd gescheiden gehouden (zie dd hierboven).

— Dr Iwan Wyn Rees

Gregory