Overblijfselen van 2.700 jaar oude stadsmuur ontdekt in Jeruzalem
Archeologen hebben een ontbrekend deel van de oorspronkelijke vestingwerken uit de ijzertijd in Jeruzalem ontdekt , die minstens 2700 jaar geleden werden gebouwd. Het grootste deel van de muur zou zijn vernietigd tijdens een Babylonische invasie in 586 vGT, volgens de Israel Antiquities Authority (IAA), die de ontdekking deze week aankondigde.
Een muursegment op de oostelijke helling van het City of David National Park, daterend uit de Eerste Tempelperiode (ongeveer de 8e eeuw vGT), werd vorige week ontdekt tijdens een opgraving onder leiding van Dr. Joe Uziel en Ortaf Kalaf van de IAA en Dr. Filip Vukosavović van het Ancient Jerusalem Research Center.
Het muurfragment is een van de weinige overblijfselen van een dodelijke militaire campagne van de Babylonische koning Nebukadnezar, die de stad plunderde en de beroemde Tempelberg verwoestte.
In een door de IAA gepubliceerde video waarin de vondst wordt uitgelegd, zei Dr. Uziel: "De Babyloniërs arriveerden hier in 586 vGT en vernietigden de stad Jeruzalem en de Eerste Tempel", eraan toevoegend dat "ze dit deel van de muur, dat blijft tot op de dag van vandaag staan, wachtend tot wij archeologen komen om het bloot te leggen.”
De sectie verbindt twee eerder ontdekte segmenten, wat verder bewijs levert dat Jeruzalem volledig ommuurd was vóór de Babylonische verovering. "Nu kunnen we 200 meter van de stadsmuur reconstrueren die de oostelijke hellingen van de Stad van David en Jeruzalem omringde", zei Dr. Vukosavović in de video. Het team ontdekte ook de overblijfselen van een gedeeltelijk gebouw net binnen de muur.
Artefacten die tijdens de opgraving van het aangrenzende gebouw zijn teruggevonden, omvatten een bulla of kleizegel, gegraveerd met de naam "Tsafan" in het oud-Hebreeuws, evenals een Babylonische stempelzegel die een figuur voor de oude Mesopotamische goden Marduk en Nabu afbeeldt. Marduk was destijds de belangrijkste god in het Babylonische pantheon, beschouwd als de beschermgod van de hoofdstad, en Nabu was zijn zoon, de god van wijsheid en schrijven.
Er werden ook gebroken voorraadpotten ontdekt, met handvatten met een verscheidenheid aan gestempelde ontwerpen – sommige met "Lamelech", wat "Voor de koning" of "behoort tot de koning" betekent, terwijl andere een patroon van concentrische cirkels of rozetten hebben. Het is onduidelijk hoe de voorraadpotten en zegels op deze locatie zijn terechtgekomen en uit welke periode de voorwerpen afkomstig zijn, aangezien de muur later werd gebruikt als fundering voor gebouwen.
"Tijdens de opgraving hebben we een aantal zeer belangrijke voorwerpen gevonden, die getuigen van het dagelijkse leven van het oude Jeruzalem", zei Vukosavović. "Dit leert [ons] over Judese bureaucratie [en] bestuur, van ergens in de 8e eeuw vGT tot de Babylonische vernietiging."
De archeologen zullen radiokoolstofdatering uitvoeren om de ouderdom van de muur te bevestigen en te bepalen of deze overeenkomt met de data van de twee eerder opgegraven secties, die oorspronkelijk werden gebouwd in de 8e eeuw v.Chr. Hun bevindingen zullen worden gepresenteerd op de IAA-conferentie in oktober.
